F.E.C.S 

Tolerantie is het vermogen van organismen om schommelingen in een abiotische factor te verdragen.

 

Tolerantie bij de wadvogel, de scholekster  is meestal klein. Wadbodem, temperatuur, zonlicht, vervuiling en het zeeniveau hebben een kleine tolerantie bij de scholekster. Er is wel een grote tolerantie bij het zoutgehalte van zeewater. 

 

De scholekster die in het ecosysteem van de Waddenzee leeft, is de laatste 19 jaar sterk achteruitgegaan, waarschijnlijk vooral door de  invloed van voedselgebrek. Het voedselgebrek komt door de abiotische factoren: zeespiegelstijging, dat houdt dus ook in: temperatuur en daling van de wadbodem. Door deze abiotische factoren is er minder kans voor de scholeksters om voedsel te verkrijgen op de zandbanken en zandplaten als het eb is omdat de zandbanken en zandplaten steeds vaker overstromen. Het heeft dus geen voordeel voor de scholekster alleen maar een nadeel, namelijk kans op uitsterving van de scholekster.

 

Voor de factor zoutgehalte van zeewater heeft de scholekster dus een grote tolerantie, omdat hij zelf niet ín het water van de Waddenzee leeft. Het heeft dus geen nadeel voor de scholekster.